Mechelse herder

Rasgroep: Herder en veedrijver rasgroep 1

Gefokt voor: Dit ras valt onder de Belgische Herders. Hij werd gebruikt voor het hoeden van vee. Aan het einde van de 19e eeuw waren er veel herdershonden met verschillende types, maar de hoogte waren allemaal rond de 50 cm. Ze waren slank en hadden lichte botten. Maar ondanks dat waren het sterke honden die tegen elke weersomstandigheden konden die altijd werkten. Het viel al snel op dat ze niet zonder werk konden. Ze waren erg werklustig en je kon ze niet zonder werk laten zitten. Anders zouden ze erg ongelukkig worden. Hieruit kwam de Mechelse herder/Mechelaar/Malinois

Soort vacht: Dicht en goed aanliggend en een wollige ondervacht. Vrij kort op de kop, achterkant van de oren en het onderste van de ledematen. Kort op de rest van het lichaam en op de staart en de hals waar de kraag ligt is het wat langer en de achterkant van de dijen

Karakter: Waakzaam en erg actief. Ze hechten zich aan een baas waar hij graag mee wil werken, en kan heel makkelijk overschakelen van huishond tot een echte werkhond. Tot de dag van vandaag is het nog steeds een hele goede waakhond. Zonder twijfel doet hij wat hij moet doen. Het is een hond met lef. Hij kan voor veel soorten werk worden in gezet. Speuren, politiewerk enz. Maar ook voor hondensporten. Tegenwoordig heb je ook Mechelaars die gewoon als huishond wordt gefokt. In huis zijn ze rustiger en die hoeven niet perse een baan en zijn sneller tevreden. Het zijn lieve en trouwe viervoeters

Soort energie: Zeer hoog. Het zijn echte werkhonden en zonder beweging worden ze gek (de werklijn)

Wandelen: Heel veel wandelen, maar het belangrijkste is dat ze een baan moeten hebben. Anders bedenken ze zelf een baan en dat kan zijn dat ze streng het huis gaan bewaken en kan voor de bezoekers gevaarlijk worden, of mensen in huis hoeden of agressief worden. Maar dat geld niet voor de huishonden

Trainen: Je moet heel consequent zijn bij het trainen van deze honden. Al een stapje in de verkeerde richting en ze hebben al gewonnen en kan het trainen lastiger maken. Het zijn absoluut geen honden voor beginners en je moet heel goed weten wat je doet en wat je met deze hond wilt

Leefomgeving: Ze zijn niet moeilijk en kunnen in elk soort weertype leven. Je kan ze buiten in een kennel houden, maar ze moeten wel altijd een binnenhok hebben. In de winter moet er iets warms in zitten. Een flat is niet aan te raden. Ze kunnen heel goed bij kinderen. Het is een goede oppas

Gewicht: Reu tussen de 25 tot 30 kg en de teef tussen de 20 en 25 kg. Je kan de ribben altijd voelen en als ze zijwaarts draaien moet je de ribben kunnen zien. Anders kunnen ze te zwaar zijn of worden

Levensverwachting: 12 tot 13 jaar. Deze hond is vrij gezond. Alleen hebben sommige last van heupdysplasie. Daarom worden ze ook best oud, maar als ze ouder worden moet je ze wel pensioen geven. Hoe graag ze ook willen werken. Met pensioen mogen ze nog wel werken, maar veel minder en rustiger aan. Dat moet je rustig afbouwen

Kleur: De enige kleur is bruin met een zwart masker. De een is lichter dan de ander. De uiteindes van de bovenvacht zijn donkerder dan het begin van de vacht. Zo lijkt het schaduw en geeft ook dat effect. Gek genoeg is het de Mechelaars die donkerder van kleur, vaak beter en feller zijn in hun werk

Maak jouw eigen website met JouwWeb