Samojeed

Rasgroep: Familie van de Spitsen. Keeshond en Oertype rasgroep 5

Gefokt voor: Hij komt uit Siberië. Hij werd daar gebruikt om de slee te trekken, om op rendieren te jagen en om de mensen daar warm te houden. De karakter eigenschappen lijken nog steeds erg op de oerhond, die nog steeds heel goed tegen hele koude klimaten kan en een lief karakter heeft. Hij komt uit Noord-Europa en een gedeelte van het Azische poolgebied dat een groot gedeelte in Noord-Siberië is. Dat loopt langs de Witte Zee naar het oosten tot aan de rivier Jenissei dat in het Russisch Mongolië ligt. Een ontdekkingsreiziger had het in het journaal al over een witte hond die de slee moest trekken. Dat was in 1696. Later waren er ook andere ontdekkingsreizigers die het over deze honden hadden. Ze gaven allemaal hun eigen mening over de kleur, grootte en karakter. De stamvader was een Chocolade bruine hond dat de eerste was die de ‘Samoyed’ werd genoemd. Hij dekte de teef Whitey en zij kregen het eerst Samoyed nestje. Er werden steeds meer honden uit Siberië gehaald, en zo zijn er meerdere honden geweest die de naam Samoyed kregen en zo is het ras begonnen. In het Nederlands is het Samojeed, maar er zijn heel veel namen voor deze hond. In Nederland is Samojeed het meest bekend, en in Amerika en andere Engels talige landen noemen het de Samoyed. Er werden meerdere verschillende honden vanuit Siberië geïmporteerd naar Engeland, en van dat punt zijn ze begonnen om een rasstandaard te beginnen. Op deze manier is er in 1909 een Kennelclub gestart en daaruit is het rasstandaard bekend geworden over het karakter en kleuren van dit ras. In 1924 werd de eerste Samojeed in Nederland ingeschreven in het stamboek die uit de kennel kwam van de eerste fokker van de Samojeed. Er werd uit Noorwegen een Samojeed geïmporteerd voor Prinses Wilhelmina

Soort vacht: Heel veel vacht. Ze hebben een dubbele vacht en de staart is ook erg vol met haar. Hij draagt geen hondenlucht met zich mee. Hij verhaart onwijs en zeker in de rui periode. De ondervacht is kort, zacht en dicht. De bovenvacht is wat langer en is harder en rechter. Hij heeft een flinke kraag dat om de nek en schouder loopt. Vooral bij de reuen is het voller bij de kop achter de oren

Karakter: Ze kunnen een soort van zingen. Als je de hond rustig nadert, dan is hij erg geïnteresseerd. Hij kan goed met kinderen opschieten en houdt van iedereen. Hij is erg sportief. Deze hond wordt veel gebruikt met hondensporten en daar valt ook het sledetrekken onder. Hij is vriendelijk, alert, verdraagzaam en veelzijdig. Hij wil graag blaffen (niet echt ideaal voor in een rijtjeshuis). Hij is best nieuwsgierig. Het is een echte werkhond die in een koud klimaat wil met een echte baan of meer. Als je aan hondensport doet en af en toe iets laat trekken kom je een heel eind

Soort energie: Zeer hoog. Hij heeft veel energie en wil graag een uitdaging en hard werken

Wandelen: Heel veel lopen en hem veel bezig houden is wel erg belangrijk. Hij wil graag iets doen

Trainen: Ze kunnen eigenwijs zijn. Het is dus best belangrijk dat je ze van jongs af aan traint. Hij heeft ook wel dat hij soms niet wil gehoorzamen

Leefomgeving: Het liefst in een koude omgeving. Een airco kan wel, maar dat is toch niet al te fijn, want als ze worden uitgelaten dan hebben ze het echt warm

Gewicht: De reu is tussen de 20 en 30 kg en de teef is tussen de 19 en 27 kg

Levensverwachting: Gemiddeld 11 jaar en kan hartafwijkingen hebben of huidziekte

Kleur: Helemaal wit, crème of biscuit met wit. De lippen zijn zwart. Daardoor lijkt het alsof je lachen