Tibetaanse terriër

Rasgroep: Terriër, hoeder, gezelschapshond vooral in Nederland rasgroep 9

Gefokt voor: Het ras komt uit Tibet. Daar werden ze gebruikt om vee te hoeden. In Nederland wordt het een Terriër genoemd, maar eigenlijk hoort dit ras daar helemaal niet thuis. Het ras lijkt op een kleine Bobtail, maar dan heb je dit ras dat in alle kleuren en kleurencombinaties voor mag komen. Dit ras is een van de 14 rassen die dicht bij de wolf staat. Ze werden in het ruige terrein in Tibet gehouden voor het hoeden en bewaken, maar niet om op kleine dieren te jagen (waar de Terriërs voor werden gebruikt). Dus eigenlijk hoort dit ras niet bij de Terriër, maar bij de Herdershond (rasgroep 1). Ze werkten in de bergen van Hymalaya, waar grote honden moeilijk konden komen. De reden waardoor deze hondjes daar wel konden komen kwam door de grootte van dit ras en doordat ze erg lenig waren. Ze werden gehouden bij de Boeddhistische monniken die in geisoleerde kloosters leefden, samen met de Lhasa Apso, als gezelschapshond. Ze waren daar een waardevol gift en zouden geluk brengen. In 1930 kwam deze hond voor het eerst naar Europa en Amerika toe als gezelschapshond. Tegenwoordig hoort dit ras in plaats van bij de Terriërs, nu bij de gezelschapshonden

Soort vacht: Deze hond heeft een dubbele vacht, waarvan de ondervacht zacht en wollig is. De vacht is lang, waarvan veel eigenaren hem laten trimmen. De vacht mag golven, maar niet krullen. Ideaal is als de vacht stijl is of een beetje golft

Karakter: Levendig, heeft een trouw karakter, is een goede gezelschapshond, speels, waaks, intelligent, vriendelijk, wat afstandelijk tegenover vreemden en is niet fel en wil niet snel vechten. Ze kunnen wat ontdeugend zijn. Ze staan er ook om bekend dat ze goed met huisdieren om kunnen gaan. Hij is graag bij je en dan maakt het niet uit wat je aan het doen bent. Het is een sociaal hondje, die niet bang is om zich te beschermen. Hij kan wel een tijdje thuis alleen blijven

Soort energie: Hoog. Het zijn actieve hondjes die graag wat willen doen

Wandelen: Deze hondjes hebben veel beweging nodig en nemen niet genoeg met alleen maar in een grote tuin rond te mogen rennen en verder niet uitgelaten te worden

Trainen: Het zijn intelligente hondjes die het leuk vinden om te leren, maar wel ondeugend zijn

Leefomgeving: De leefomgeving maakt niet veel uit. De hebben een warme vacht voor in de winter, maar in de zomer kunnen ze het best warm krijgen. Er moet dus altijd schaduw in de buurt zijn. Verder wonen ze het liefst in een rijtjeshuis minimaal, maar als je ze veel beweging geeft en een uitdaging dan kunnen ze ook in een flat wonen. Verder kunnen ze goed met kinderen omgaan en is het een echte buitenhond. Of het nu spelen in de sneeuw is of spelen op het strand, alles is leuk!

Gewicht: Tussen 8 tot 14 kg en daarvan het liefst tussen 9,5 en 11 kg

Levensverwachting: Het gemiddelde van de leeftijdsverwachting ligt rond de 14 jaar. Erfelijke ziektes dat voorkomt bij dit ras zijn problemen in het zenuwstelsel, de ogen en in de hersenen

Bijzonderheden: Je kan verschil zien in het karakter. De reu is vaak wat rustiger en gedraagt zich soms stoer. Te teef kan wat tuttiger en wat gevoeliger zijn. Tijdens de loopsheid kan de teef wat sacherijnig zijn en als ze schijndrachtig is dan hangt ze een beetje en is ze wat lui.

Kleur: Alle kleuren zijn toegestaan